Bodem in zicht voor Nederlandse industriële bedrijvigheid

Nederlandse machinebouwers Industriële bedrijvigheid

De industriële bedrijvigheid is in december weliswaar voor de vierde maand op rij afgenomen, maar verbeterd ten opzichte van november. De vooruitzichten zijn positief, deels door lagere prijsdruk en banengroei. Dat blijkt uit de Nevi PMI, een inkoopmanagersindex, die steeg in december van 46.0 naar 48.6, een forse verbetering met 2.6 punten. Ondanks de verbetering blijft de index lager dan 50, wat nog duidt op een verslechtering van de industriële bedrijvigheid.

De productie nam voor de vijfde maand op rij af en hetzelfde was het geval bij de nieuwe orders en de hoeveelheid onvoltooid of nog niet uitgevoerd werk. De voorraad gereed product nam voor de derde achtereenvolgende maand af. De inkoopactiviteiten namen voor de vierde maand op rij af, deze maand in het hoogste tempo sinds juni 2020. De materiaalvoorraad bleef grotendeels stabiel. De inkoopprijsinflatie lag slechts licht boven het gemiddelde. De verkoopprijsinflatie was het laagst in eenentwintig maanden, maar bleef historisch gezien toch hoog. De werkgelegenheid groeide in de grootste mate in vier maanden en hetzelfde was het geval bij de verwachtingen voor de toekomstige productie.

Bodem industriële bedrijvigheid in zicht

Albert Jan Swart, sectoreconoom industrie bij ABN AMRO: “De bodem lijkt in zicht voor de bedrijvigheid in de Nederlandse industrie. De industriële productie, de vraag naar industriële producten en de orderportefeuilles namen in december nog steeds af, maar de dalingen zijn minder groot dan in de voorgaande maand. De overkoepelende Nevi Inkoopmanagersindex voor de Nederlandse industrie steeg van 46,0 in november naar 48,6 in december. De stand is nog altijd lager dan 50, wat erop duidt dat de industriële bedrijvigheid verder afneemt, maar het tempo waarin de industriële bedrijvigheid verslechtert is duidelijk afgenomen.”

De deelindicator voor nieuwe orders verbeterde van de zeer lage stand van 39,1 in november naar 45,8 in december, de hoogste stand in vier maanden. Het aantal nieuwe orders neemt gezien de stand onder de 50 wel nog steeds af, maar dus in veel mindere mate dan in november. De vraag naar investeringsgoederen, zoals machines, nam zelfs weer licht toe. Minder positief is de vraag naar halffabricaten, die in december verder daalde. Dit komt vermoedelijk deels doordat bedrijven voorraden afbouwen vanwege de stijgende rente en verslechterende economische vooruitzichten. Ook houd de industriële bedrijvigheid minder voorraad aan omdat de betrouwbaarheid van toeleveringsketens verbetert. Tekorten aan goederen als halfgeleiders zijn deels weggewerkt en de levertijden nemen nauwelijks nog verder toe. Een andere oorzaak voor de zwakke vraag naar halffabricaten is de energiecrisis, die vanwege de hoge kosten leidt tot minder vraag naar energie- intensieve producten zoals metalen en chemicaliën.

Behalve in de meest energie-intensieve branches hebben ondernemers in de Nederlandse industrie positieve verwachtingen over 2023. De Toekomstige Productie Index, die het optimisme over de productie in de komende twaalf maanden meet, is in december verder gestegen. Ook groeide de werkgelegenheid in het hoogste tempo sinds augustus.

Turbulentie door geopolitiek

Ook in 2023 zullen geopolitieke verhoudingen effect hebben op de industriële bedrijvigheid. De energiecrisis als gevolg van de Russische invasie in Oekraïne is nog niet voorbij. Voor de volgende winter zal Europa veel minder van Russisch gas gebruik kunnen maken om de gasvoorraden aan te vullen. Door de hoge energieprijzen in Europa zijn energie-intensieve industrieën zoals de basismetaalindustrie en de chemische industrie minder concurrerend.

Ook de halfgeleider industrie gaat een turbulent jaar tegemoet. In de laatste maanden hebben de Verenigde Staten exportsancties getroffen om de nieuwste chiptechnologie uit handen van China te houden. Deze exportsancties hebben ook invloed op Nederlandse bedrijven. Afgelopen zomer stelde de regering van president Biden bovendien tientallen miljarden aan subsidies beschikbaar voor chipproductie op Amerikaanse bodem. Op zijn beurt trekt China omgerekend zo’n 135 miljard euro uit om de eigen chipindustrie te steunen.

De regering Biden presenteerde afgelopen zomer ook de Inflation Reduction Act, een nieuwe wet waarmee de Amerikanen omgerekend zo’n 350 miljard euro aan subsidies uittrekken voor vooral industriële ondernemingen. De Europese Commissie stelt dat deze subsidies de markt verstoren en Europese producenten benadelen. De Europese Unie (EU) krijgt zelf ook kritiek vanwege het Carbon Border Adjustment Mechanism (CBAM), waarover de Europese Raad en het Europees Parlement in december een voorlopig akkoord bereikten. Vanaf 2026 moeten producenten van buiten de EU gaan betalen voor certificaten als ze CO2-intensieve producten zoals staal, cement, aluminium en kunstmest op de Europese markt willen brengen. Dankzij CBAM krijgen Europese fabrikanten die moeten betalen voor CO2-emissierechten minder last van goedkope concurrentie uit landen met minder streng klimaatbeleid. Critici beschuldigen de EU van protectionisme.”

Afname productieomvang

De productieomvang bij de Nederlandse industriële productiebedrijven nam in december voor de derde maand op rij af, wat dit de langste periode van teruggang maakt sinds medio 2009. De lagere productie werd toegeschreven aan een combinatie van een lager aantal nieuwe orders, personeelstekorten en voorraadvermindering. De daling was echter kleiner dan in november, toen het hoogste niveau in tweeënhalf jaar werd bereikt, en grotendeels vergelijkbaar met het niveau van september. De productieomvang in de subsector consumptiegoederen nam toe, terwijl er bij de producenten van investeringsgoederen en halffabricaten sprake was van respectievelijk bescheiden en forse dalingen.

De gegevens voor december lieten een vijfde achtereenvolgende daling zien van het aantal ontvangen nieuwe orders uit het buitenland. Deze daling was het kleinst in drie maanden, maar groter dan de daling van het totale aantal nieuwe orders (uit binnen- en buitenland). Er was voor de vierde maand op rij sprake van een daling in alle drie subsectoren.

De gegevens voor december lieten een slechts geringe stijging zien van de gemiddelde levertijden, vergeleken met november. Dit wijst op stabilisering van de toeleveringsketens voor de Nederlandse industriële bedrijvigheid. De seizoensmatig aangepaste Levertijden index bereikte het hoogste niveau in achtendertig maanden en lag voor de vierde maand op rij boven het langetermijngemiddelde. Een aantal bedrijven maakte melding van meer capaciteit bij leveranciers vanwege een daling van de vraag. De levertijden in de subsector halffabricaten waren fors korter, vooral als gevolg van de uitermate zwakke vraag.

Meer informatie bij ABN AMRO

Digitale Nieuwsbrief

SCHRIJF JE IN VOOR ONZE WEKELIJKSE NIEUWSBRIEF EN BLIJF OP DE HOOGTE VAN ALLE INDUSTRIËLE EN TECHNISCHE ONTWIKKELINGEN!

Door jouw inschrijving voor de nieuwsbrief, ga je akkoord met onze privacy voorwaarden.

Dit artikel delen op je eigen website? Geen probleem, dat mag. Meer informatie.

Avatar foto

Redactie

Dit nieuws is samengesteld door de redactie van IndustrieVandaag.
Lees meer van: Redactie