Door: Erik de Jong (Advercom) - 4 oktober 2024 |
De wereldwijde oliemarkt staat op scherp terwijl er onduidelijkheid heerst over hoe Israël zal reageren op een recente raketaanval van Iran. Veel analisten vrezen dat Israël zich zou kunnen richten op Iraanse olie-infrastructuur, wat de olieprijzen flink omhoog zou kunnen drijven. Hoewel de prijzen al wat zijn gestegen, blijft de huidige stijging nog relatief bescheiden als we kijken naar de mogelijke omvang van de bedreigde olievoorziening.
Sinds de aanval is de prijs van ICE Brent-olie met meer dan 8% gestegen. Het merendeel van deze stijging vond plaats nadat de Amerikaanse president Biden had aangegeven dat er wordt “gediscussieerd” over de mogelijkheid van een Israëlische aanval op Iraanse olievoorzieningen. Dit soort opmerkingen zorgen voor nervositeit op de oliemarkt, gezien de mogelijke gevolgen voor de wereldwijde olievoorziening.
Een Israëlische aanval op Iraanse olie-infrastructuur zou een grote impact kunnen hebben op de oliemarkt. Niet alleen door het directe verlies van Iraanse olie, maar vooral door de mogelijkheid dat de situatie verder escaleert. Dit zou de oliestromen door de Perzische Golf en de vitale Straat van Hormuz in gevaar kunnen brengen, een van de drukste routes voor olie- en LNG-transport ter wereld.
Mocht Israël inderdaad besluiten om Iraanse olie-infrastructuur aan te vallen, is er veel onzekerheid over hoe groot de schade voor de olievoorziening zou zijn. Een aanval op raffinaderijen in Iran zou vooral de binnenlandse markt treffen, maar de wereldwijde olievoorziening minder zwaar beïnvloeden. In een scenario waarin de raffinagecapaciteit van Iran wordt geraakt, zou het land mogelijk zelfs meer ruwe olie kunnen exporteren. Dit omdat minder olie wordt verwerkt voor binnenlands gebruik.
Toch blijft het aannemelijk dat een dergelijke aanval op termijn de olieprijzen zou opstuwen, gezien de verhoogde spanningen en de mogelijke gevolgen voor de globale oliemarkt. De grootste zorg zou een aanval op de olieproductie-installaties zelf zijn. Een aanval op Iraanse oliebronnen kan de export van ruwe olie ernstig verstoren. Dit zou het verlies van naar schatting 1,7 miljoen vaten olie per dag betekenen.
Een dergelijk verlies zou de wereldwijde oliemarkt direct in een tekort brengen in het vierde kwartaal van 2024 en gedurende 2025. Ondanks dat de OPEC+ van plan is om vrijwillige productieverminderingen geleidelijk af te bouwen, zou een prijsstijging tot boven de $90 per vat waarschijnlijk zijn in een dergelijk scenario.
Een aanval op Iraanse olie-installaties zou waarschijnlijk niet het eindpunt van de spanningen zijn. Het zou kunnen leiden tot verdere escalaties, waarbij de oliemarkt zich zorgen maakt over de strategische Straat van Hormuz. Bijna een derde van de wereldwijde olietransporten via zee passeert deze smalle waterweg. Hoewel pijpleidingen een deel van de olie kunnen omleiden, blijft ongeveer 14 miljoen vaten per dag kwetsbaar. Een ernstige verstoring in deze regio zou de olieprijzen naar ongekende hoogtes kunnen stuwen, misschien zelfs boven de recordprijs van $150 per vat, zoals we in 2008 zagen.
Daarnaast is het belangrijk te onthouden dat het Midden-Oosten de afgelopen jaren een belangrijke speler is geworden in de export van geraffineerde olieproducten. Dit betekent dat elke verstoring in de oliestromen niet alleen de prijzen van ruwe olie zou beïnvloeden, maar ook voor verhoogde volatiliteit zou zorgen in de raffinagemarkt. Dit zou vooral Europa treffen, dat sinds het Europese verbod op Russische olie steeds afhankelijker is geworden van producten uit het Midden-Oosten.
De oliemarkt zou niet de enige sector zijn die onder druk komt te staan. Verstoring in de Perzische Golf zou ook de aardgasmarkten treffen, aangezien Qatar een grote exporteur van vloeibaar aardgas (LNG) is. Qatar is verantwoordelijk voor meer dan 20% van de wereldwijde LNG-handel. Een verstoring van deze stromen, vooral in de winter, zou de wereldwijde gasmarkten schokken, net op het moment dat de vraag naar gas voor verwarming toeneemt. Terwijl er nieuwe LNG-exportcapaciteit in ontwikkeling is, blijft deze voorlopig ver achter bij de volumes die Qatar exporteert. Eventuele tekorten in de winter van 2024/2025 zouden daardoor niet snel kunnen worden gecompenseerd.
Bij een ernstige verstoring van de olievoorziening zullen regeringen waarschijnlijk eerst hun strategische reserves aanspreken. Vooral de Verenigde Staten, waar de presidentsverkiezingen naderen, zou dit waarschijnlijk snel doen. Hoewel de Amerikaanse Strategische Petroleumreserve in 2022 flink is afgenomen, bevat deze nog steeds meer dan 380 miljoen vaten olie.
De hoop zou zijn dat deze noodreserves voldoende tijd geven aan OPEC+ om de productie op te voeren. Toch is het onzeker of de oliekartel snel zal reageren. Vooral Saudi-Arabië, dat een break-evenprijs van boven de $90 per vat heeft, zou niet onwelwillend staan tegenover hogere prijzen. Pas als de prijs boven de $100 per vat stijgt, zou OPEC+ overwegen om de productie verder op te schroeven.
Een ander probleem is dat een groot deel van de vrije OPEC-productiecapaciteit zich in de Perzische Golf bevindt. Een blokkade of ernstige verstoring van de Straat van Hormuz betekent dat deze capaciteit weinig zal helpen om het tekort aan te vullen.
Bronnen: ING en BNR