Door: Redactie - 8 augustus 2022 |
Het groeitempo in de flexbranche vlakt in 2023 verder af vanwege de personeelstekorten in combinatie met de toegenomen kans op een recessie. Naast de structureel krappe arbeidsmarkt door vergrijzing en vergroening, zet ook nieuwe regelgeving het verdienmodel van veel flexbedrijven onder druk. Het grootste risico voor de sector wordt het ongelijke speelveld tussen uitzendkrachten en zzp’ers, dat ontstaat door de modernisering van de arbeidsmarkt. Door de nieuwe regelgeving wordt flexwerk in de toekomst duurder en minder flexibel. Naast regelgeving voor uitzenders, komt er ook nieuwe regelgeving voor zzp’ers. Deze worden echter naar alle waarschijnlijkheid niet gelijktijdig uitgevoerd, waardoor de fiscale verschillen tussen zzp’ers en uitzendkrachten op de korte termijn naar verwachting eerder groter dan kleiner worden. Dit vergroot het risico op een verdere verschuiving van de inhuur van uitzendkrachten naar zzp’ers. Dit blijkt uit het nieuwe vooruitzicht flexbranche van ING Research.
De groei in de flexbranche, bestaande uit uitzendbureaus, arbeidsbemiddelaars en payrollers, vlakt dit jaar af. Naast het feit dat de economische vooruitzichten momenteel verslechteren, zet de personeelskrapte ook een rem op de groei. Het is voor flexbedrijven immers steeds lastiger om geschikte kandidaten te vinden. Naar verwachting bedraagt de volumegroei, gemeten in het aantal uitzenduren, in 2022 circa 4%. Vanwege de toegenomen kans op een recessie verwachten we dat de vraag naar flexwerkers eind 2022, begin 2023 afzwakt. Voor 2023 wordt met circa 3% dan ook een lagere volumegroei verwacht. Daarmee is de sector eind 2023 qua volume nog altijd niet terug op het pre-coronaniveau.
Ondanks dat de personeelskrapte een rem op de groei zet, leidt het ook tot hogere tarieven. Zo zijn de tarieven in de flexbranche in het eerste kwartaal 2022 met 6% fors gestegen ten opzichte van hetzelfde kwartaal in 2021. Niet alleen stijgen de loonkosten, ook het zoeken naar een juiste kandidaat duurt langer vanwege de krappe arbeidsmarkt. Hierdoor stijgt de zogenoemde ‘cost-per-hire’. Om dit te compenseren verhogen flexbedrijven hun tarieven.
De grootste uitdaging voor de sector is de krapte op de arbeidsmarkt. Deze loopt in rap tempo op en is bovendien, door vergrijzing en ontgroening, structureel van aard. De structureel krappe arbeidsmarkt zet het verdienmodel van veel flexbedrijven onder druk doordat volumes steeds moeilijker zijn te realiseren. Dit geldt met name voor de grote generieke flexbedrijven die vooral volumegedreven zijn. Immers, door het personeelstekort stokt de toestroom van (nieuwe) uitzendkrachten en daarmee ook de groei. De kleinere, specialistische uitzenders hebben hier weliswaar ook last van, zij het in mindere mate.
Een andere grote uitdaging vormt de impact van strengere regelgeving op de sector. Begin juli werden de eerste plannen voor de modernisering van de arbeidsmarkt door het kabinet bekendgemaakt. Voor de flexbranche betekent dit onder meer:
Overigens veranderen de regels niet alleen voor uitzendorganisaties. Om een gelijker speelveld tussen contractvormen te creëren komt er ook regelgeving voor zzp’ers, zoals een verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering en beperking van de zelfstandigenaftrek. Dit om te voorkomen dat bedrijven massaal zzp’ers inhuren in plaats van uitzendkrachten omdat dit goedkoper zou zijn.
‘De nieuwe beleidsplannen voor de arbeidsmarkt bieden uitzendkrachten meer zekerheid, maar zetten tegelijkertijd het verdienmodel van veel flexbedrijven onder druk’, stelt Katinka Jongkind, econoom Services bij ING Research.
‘Het grootste risico voor de sector betreft het ongelijke speelveld tussen uitzendkrachten en zzp’ers dat dreigt te ontstaan. Ondanks dat er zowel plannen voor de uitzendmarkt als voor zzp’ers zijn, worden ze naar alle waarschijnlijkheid niet gelijktijdig uitgevoerd. Zo wordt de verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering voor zzp’ers vanwege uitvoeringsproblemen tenminste naar 2027 doorgeschoven. De handhaving op schijnzelfstandigheid door de Belastingdienst wordt eveneens doorgeschoven naar uiterlijk 1 januari 2025. Hierdoor worden de fiscale verschillen tussen zzp’ers en uitzendkrachten op korte termijn eerder groter dan kleiner. Dit vergroot het risico op een verdere verschuiving van uitzendcontracten naar zzp’ers.’
Lees hier het volledige artikel op ING Zakelijk
Lees ook:
Dit artikel delen op je eigen website? Geen probleem, dat mag. Meer informatie.