Door: Redactie - 3 maart 2023 |
We verwachten dat de gasprijs dit jaar lager blijft dan in 2022. Onze groeiraming voor dit jaar gaat, mede daardoor, omhoog. Op termijn zullen de doelen voor energieonafhankelijkheid en duurzaamheid een blijvende omschakeling van de economie afdwingen.
In augustus piekte de gasprijs op de internationale markt. Gas was ruim tien keer duurder dan in eerdere jaren. De prijs bleef zeer hoog tot en met november, maar inmiddels ligt de prijs ‘slechts’ zo’n drie tot vier keer hoger dan de historische niveaus. We verwachten nu dat de prijs dit jaar gemiddeld rond het huidige niveau blijft. Dat verandert ook het economisch beeld. We kijken eerst naar de gasprijs en daarna naar de invloed ervan op de economie.
De gasprijs liep al sinds midden 2021 sterk omhoog maar de extreme prijspiek vorige zomer ontstond door de sterk verminderde Russische leveringen, de sabotage van pijpleiding Nord Stream 1 in september en zorgen of de gaskraan volledig dicht zou gaan. LNG verving aardgas en is (door vervoer en bewerking) duurder. Ook was door extreem weer en onderhoud weinig waterkracht en nucleaire stroom beschikbaar. Een laatste belangrijke factor was het vullen van de gasvoorraden. Er is door Europa veel meer gas gekocht dan er verbruikt is: de voorraden zijn van ongebruikelijk leeg naar ongebruikelijk vol gegaan. Overheden vonden dit zo belangrijk, dat landen tegen elkaar opboden en de prijzen opdreven. Toen de voorraden vol waren, de winter mild bleek en landen afspraken voortaan samen gas in te kopen, daalden de gasprijzen sterk.
Voor dit jaar zijn er een aantal redenen om voorzichtig optimistisch te zijn over de ontwikkeling van de gasprijs. Er zijn veel factoren die de prijs dit jaar kunnen drukken ten opzichte van vorig jaar: de vraag in Europa is flink afgenomen, de voorraden zullen aan het einde van de winter juist vrij vol zitten (54% versus 26% vorig jaar). Dat betekent dat Europa hiervoor veel minder gas hoeft te kopen dan in 2022. Vanaf dit jaar koopt Europa bovendien in via een gezamenlijke dienstverlener voor de totale gasvraag in tegen een zo laag mogelijke prijs. Dit is cruciaal om de prijzen laag te houden en zal helpen om extreme pieken te voorkomen. Daarnaast is er meer LNG opslag- en capaciteit, zon- en windenergie capaciteit neemt steeds verder toe en huishoudens en de industrie hebben hun verbruik beperkt.
Uiteraard zijn er ook risico’s: het wordt langzaam aantrekkelijker om elektriciteit op te wekken met gas dan met steenkool, ook door de hoge prijs voor CO2. Duitsland sluit de nucleaire centrales. China is aan het heropenen en heeft ook energie, zoals LNG, nodig. Het land heeft inmiddels wel een spurt gemaakt met de bouw van kolencentrales, wat de vraag naar LNG weer kan beperken. Maar er speelt meer, want in het eerste halfjaar van 2022 kocht Europa nog veel gas uit Rusland en bovendien zouden ook de laatste gasleveringen uit Rusland kunnen stoppen. Tot slot blijft het weer een onzekere factor voor de vraag naar energie en de opwekking ervan. Er blijft dus wel onzekerheid rond de prijzen, maar het lijkt erop dat dit een jaar met minder extremen dan 2022 zal worden.
De invloed van gas op de economie verliep via hoeveelheden en de prijzen. De hoge prijzen sijpelden door in de prijzen voor energie, maar ook in de prijzen van andere goederen, zoals voedsel, waar veel energie voor nodig is. Geld stroomde de Europese economie uit, en daardoor bleef er minder geld over voor andere dingen. Dit effect werd overigens vaak opgevangen door overheden, zeker in Nederland: om consumenten te ontzien leenden zij geld. Dat verhoogde de staatsschuld, maar beperkte het effect op de economie.
Er werd ook minder gas gebruikt. In de tweede helft van het jaar verbruikte Europa ongeveer 20% minder gas dan in een normaal jaar. Deels door de kachel lager te zetten en door het warme weer, maar ook door minder te produceren en sommige (half)producten te importeren. Dat laatste drukte de productie en dus de economische groei.
De gevolgen van de gascrisis voor de economie zijn door geluk, aanpassingen en overheidsingrijpen vooralsnog meegevallen. Toch wordt een deel van het effect verhuld door de heropeningseffecten na corona. Daardoor trok de consumptie en de productie in de technologische en farmaceutische industrie flink aan. Onderliggend kampen veel energie-intensieve sectoren in de eurozone met productiedalingen van meer dan 10% jaar-op-jaar.
Wie hier het klimaat als winnaar ziet, komt overigens bedrogen uit. De hoge energieprijzen gaven weliswaar een (pijnlijke maar sterke) impuls aan energiebesparing en hernieuwbare energie, maar veel alternatieven verhogen juist de uitstoot: omschakelen op LNG, de import van ammoniak en het omschakelen naar elektriciteitscentrales op steenkool in Azië (mede door de Europese vraag naar LNG) verhoogden de wereldwijde uitstoot juist.
De invloed van de hoeveelheid gas op de productie zal in 2023 beperkt zijn. Net als in de tweede helft van 2022 zal Europa moeten ‘rondkomen’ met zo’n 10-20% minder gas. Dat is vanuit de productie in principe geen verdere verslechtering, maar ook geen verbetering. De essentie is dat een neerwaarts risico kleiner is geworden dan eerder.
Wel maken de lagere prijzen verschil. We verwachten dat de prijzen voor gas dit jaar gemiddeld lager liggen dan vorig jaar. Voor zover daardoor minder compensatie nodig is, scheelt dat overheden geld. Bedrijven en huishoudens houden meer over voor consumptie en investeringen. In andere Europese landen speelt hetzelfde effect, wat voor onze export ook een iets gunstiger beeld oplevert.
Omdat het beeld al enige tijd verbetert, hebben we onze groeiraming voor dit jaar geleidelijk steeds wat verhoogd. Vandaag verhogen we onze raming opnieuw (1,6% in 2023, was 1,0%). Overigens lijkt dit cijfer beter dan het is: als de economie vanaf in heel 2023 dezelfde omvang zou hebben als in het vierde kwartaal van vorig jaar, dan zou de groei al 1% bedragen (het overloopeffect). De opwaartse bijstelling heeft dus ook veel te maken met het sterke vierde kwartaal.
Daarmee is het effect van de gascrisis zeker niet voorbij. Voor energieonafhankelijkheid en de klimaatdoelen is blijvende vraagreductie cruciaal. Dat betekent een energiezuinigere economie, zowel bij huishoudens als bedrijven. Dit zal sommige energie-intensieve producten helemaal uit de markt prijzen en productie verplaatsen uit Europa en naar andere landen in Europa waar meer hernieuwbare energie beschikbaar is. De laatste jaren hebben laten zien dat economische aanpassing vaak sneller kan gaan dan gedacht. Dat is belangrijk, want de echte impact op de economie zal zich blijvend laten voelen.
Dit artikel delen op je eigen website? Geen probleem, dat mag. Meer informatie.