Door: Roel Berghuis - 20 februari 2023 |
Volgens Jan van der Land en Roel Berghuis is Redbreast helemaal niet geïnteresseerd in de genoegdoening van de Wijk aan Zee-ers of de IJmonders, maar een snoeiharde commerciële club, die een fors deel van die schadevergoeding in eigen zak steekt.
Het Noordhollands Dagblad van 11 februari kopte: ‘Zuidasadvocaat komt op voor de kleine man’ in een interview met Rein Philips van Redbreast, financierder van collectieve actie bij massaschade. Redbreast bereidt een grote claim voor tegen Tata Steel IJmuiden en zegt als kerntaak te hebben het ondersteunen van stichtingen die zich inzetten voor de afwikkeling van massaschades. Redbreast voorman Philips financiert massaschade, voor talloze miljoenen met hulp van enkele vermogende investerende Nederlandse ondernemers. Als advocaat was Philips een, zoals hij zelf zegt, een ‘dure huursoldaat’ op de Zuidas.
Hij richtte het bedrijf Redbreast op – met partner – wat zich richt op ‘no cure no pay’ en procesfinanciering. ‘No cure no pay’ is de laatste jaren uit Amerika overgewaaid naar Europa en als de zaak bij de rechter succesvol is, krijgen gedupeerde claimers een bedrag, met aftrek van de proces en advocaatkosten. Voor advocaten in Nederland is ‘no cure no pay’ juist verboden.
Procesfinanciering is een manier om kleine schadelijdende partijen zich sterk te laten maken tegen grote schadeveroorzakers. Voor de eigenaar van Redbreast moet een zaak in ieder geval meer dan minimaal tien miljoen euro opleveren, anders begint Redbreast er niet aan. Het is dus gewoon een zeer lucratievere business dan “dure huursoldaat op de Zuidas.”
Stichting Frisse Wind uit Wijk aan Zee – belangenorganisatie voor een gezonde en veilige IJmond – heeft Redbreast benaderd om hen te helpen bij schade die Tata Steel zou aanrichten. En ook is gevraagd om te helpen onderzoeken of een collectieve ‘no cure no pay’ massaclaim tegen Tata Steel haalbaar is. Rein Philips stelt zich nu op als een “Robin Hood” die het graag opneemt voor de samenleving en tegen het grootkapitaal, maar een groot deel van de geclaimde miljoenen gaat niet naar ‘de armen’ maar naar de bankrekening van Redbreast.
Redbreast-eigenaar Rein Philips vergelijkt de Tata Steel-zaak met die van de Groningers tegen de Nederlandse Aardolie Maatschappij. Rein Phillips speelt, zo blijkt uit publicaties, graag de ‘emo-kaart’ om gedupeerden te verleiden te claimen. Maar Redbreast is volgens ons helemaal niet geïnteresseerd in de genoegdoening van de Wijk aan Zee-ers of de IJmonders, maar een snoeiharde commerciële club, die een fors deel van die schadevergoeding in eigen zak steekt. Rein Philips in het Noordhollands Dagblad hierover: “We spreken meestal een percentage af van twintig, dertig of veertig procent”. En dan moeten de investeerders er ook nog op verdienen. Het belang van Redbreast is dus van een totaal andere aard dan dat van de Wijk aan Zee-ers of Groningers. Zij en hun onbekende vermogende investeerders stappen alleen in als zij een gerede lucratieve winstkans zien. Voor het overgrote deel van de aanvragen die zij ontvangen volgt geen financiering. Hiermee is het een keihard Angelsaksisch verdienmodel. Reken maar uit? Als Redbreast bijvoorbeeld succesvol 100 miljoen zou claimen gaat daarvan 20, 30 of 40 miljoen euro naar Redbreast.
Per 1 januari 2020 bestaat de Wet Afwikkeling Massaschade in Collectieve Actie. In de wet is onder andere geregeld wat procesfinanciers, zoals Redbreast, wel en niet mogen. De wet laat veel ruimte voor juridische interpretatie. Het proces om te komen tot een massaclaim is niet transparant. Hoe komen stichtingen en financiers bijvoorbeeld overeen welk deel van de opbrengst de investerende financierders of de gedupeerden krijgen? Wie zijn de investerende procesfinanciers precies en wat zijn hun directe belangen? Is er inzage mogelijk in de procesfinancierings-overeenkomst? En waarom durven de vermogende Nederlandse investeerders een kostbare collectieve actie te financieren? Welk belang hebben zij? Veel vragen omdat transparantie ontbreekt. Vermogende investeerders die zich opeens zorgen maken over de inwoners van Wijk aan Zee? Hoe ironisch is dat?
Wij hebben al eerder gesteld dat dergelijke ‘no cure no pay’ stappen niet helpen de verduurzaming te versnellen. Het splijt bovendien de inwoners in hun dagelijkse omgang met elkaar en het stimuleert hebzucht. En de claimers zijn in afwachting van ‘een prijs’ of moeten een ‘dode mus’ accepteren. En nu blijkt ook nog dat dit soort claims vooral lucratief zijn voor bedrijven als Redbreast.
Van Frisse Wind naar niet zo Frisse Winst.
Auteurs: