Door: Redactie - 1 april 2022 |
Het Fraunhofer Project Center is een toonaangevende leverancier van oplossingen voor de maakindustrie. Hoe zijn ze uitgegroeid tot leidende innovator in de productiesector?
Toen het Fraunhofer Project Center (FPC) in 2017 haar deuren opende op de campus van de Universiteit Twente (FPC@UT), was de visie om een brug te slaan tussen de universiteit en de regionale maakindustrie. Inmiddels zijn ze uitgegroeid tot toonaangevende leverancier van oplossingen voor fabrikanten, die innovatie faciliteert en ondersteunt in de vierde industriële revolutie waarin we ons momenteel bevinden
Het FPC@UT begon met een relatief klein team, bestaande uit slechts vier engineers en een aantal andere fulltime medewerkers. In deze beginfase werden er een aantal projecten samen uitgevoerd met het Fraunhofer Institute for Production Technology in Aken, Duitsland. In de jaren die volgden zijn ze uitgegroeid tot een groot team van academici, onderzoekers en andere (technisch) deskundigen, samenwerkend met fabrikanten in de regio Twente en daarbuiten.
Vanaf het begin is het doel van het centrum geweest om de kloof te overbruggen tussen de innovatieve ideeën die voortkomen uit wetenschappelijk onderzoek en de industriële praktijk, door deze ideeën om te zetten in praktisch toepasbare oplossingen. Het FPC probeert de expertise van de Universiteit Twente te verbinden met de regionale maakindustrie, met een focus op de impact voor Twente. De meest relevante thema’s binnen de lokale productiesector werden geïdentificeerd, om zo de actuele vragen en uitdagingen te kunnen koppelen aan de expertise binnen de universiteit.
Het vinden van de juiste richting in een periode van snelle veranderingen was af en toe een behoorlijke uitdaging. Het Fraunhofer Project Center moest een eigen identiteit vinden en uitzoeken welke plek de organisatie zou innemen in het bestaande productielandschap. Deze verkenningstocht heeft enige tijd in beslag genomen, vooral omdat de focus in het begin relatief breed was. Het belangrijkst was om de unieke wensen en kenmerken van de industrie in de regio, waar veel kleine tot middelgrote productiebedrijven gevestigd zijn, goed te begrijpen.
Ze realiseerden zich al snel dat het Fraunhofer Project Center meer zou worden dan alleen een leverancier van oplossingen voor fabrikanten – ze zouden ook hun industriepartners gaan helpen bij het definiëren van hun specifieke behoeften. Het belangrijkst werd om innovatie mogelijk te maken door een brug te slaan tussen de maakindustrie in de regio en strategische partners zoals de Universiteit Twente. Inmiddels hebben ze samengewerkt met vele onderzoekers aan de universiteit, waarvan sommige een vaste rol binnen de Scientific Board zijn gaan bekleden.
Volgens FPC’s wetenschappelijk directeur Ian Gibson, zijn bedrijven meestal wel in staat om trends te herkennen, maar weten ze niet altijd precies hoe deze passen binnen hun eigen behoeften en productieomgevingen. De huidige trends bestaan vaak niet alleen uit hightechproducten, maar draaien ook om het kiezen en implementeren van die producten op een manier die maximale waarde oplevert.
Dit vormt een enorme uitdaging voor de productiesector, die een toenemende druk ervaart om in onvoorspelbare tijden als deze over een groter aanpassingsvermogen en schaalbaarheid te beschikken. De plotselinge en zeer impactvolle uitbraak van de coronapandemie in 2020 heeft dit nog verder benadrukt.
Eén van de grootste neveneffecten van de maatregelen die werden ingevoerd om de verspreiding van het coronavirus te vertragen, was de enorme ontregeling van de wereldwijde toeleveringsketens. Met vrijwel geen tijd om zich hierop voor te bereiden, merkten productiebedrijven plotseling niet in staat te zijn om de productielijnen draaiende te houden onder deze omstandigheden. Om te overleven moesten ze zich razendsnel aanpassen.
Zo kwam de lokale auto-industrie volledig tot stilstand, mede door het tekort aan computerchips voor de voertuigen. Dit gevolg was echter vrij ironisch, aangezien er lokale producenten zijn die de machines leveren die nodig zijn om deze chips te maken, zoals ASML. Dit toont duidelijk de noodzaak aan om zaken zowel vanuit een lokaal als mondiaal perspectief te blijven bekijken – zelfs op een relatief klein regionaal niveau als in Twente. Zo kunnen organisaties beter inspelen op en zich wapenen tegen grote ontwikkelingen en crises, zoals een pandemie.
Volgens Ian Gibson waren de meeste productiebedrijven tijdens de pandemie, geheel begrijpelijk, vooral gefocust op overleven, door tijdelijke oplossingen te implementeren die de gevolgen van de ontregelde toeleveringsketen zouden helpen verzachten. Maar het daadwerkelijk veerkrachtig(er) worden van een organisatie vereist een langetermijnstrategie. Het doel zou moeten zijn om innovatief te zijn en te blijven tijdens veranderingen, om zo ook relevant te blijven.
Onlangs werkte het Fraunhofer Project Center samen met Aeronamic, een lokaal lucht- en ruimtevaartbedrijf, gevestigd in Almelo. Zij wilden additive manufacturing, ook wel 3D-printen genoemd, implementeren, om de output van hun productieomgeving te vergroten. Eén van de eerste dingen die opvielen in het project, was dat er veel verschil is tussen de behoeften en uitdagingen van startups en gevestigde maakbedrijven zoals Aeronamic.
In tegenstelling tot startups, hebben gevestigde maakbedrijven al volwaardige productieomgevingen en zullen ze eerder op zoek zijn naar optimalisatie van hun bestaande productielijnen, in plaats van iets volledig nieuws op te bouwen.
De ervaring leert dat startups daarentegen vaak een goed product hebben ontwikkeld met een solide waardepropositie, dat echter nog niet altijd goed past binnen de bestaande productieomgeving. In dit geval helpt het FPC bijvoorbeeld door het product onder de loep te nemen om het geschikt te maken voor productie op grotere schaal. Dit speelt vooral in Twente, waar veel kleinere en middelgrote productiebedrijven gevestigd zijn.
Nu de vierde industriële revolutie in volle gang is, is het Fraunhofer Project Center het huidige pand op de campus van de Universiteit Twente ontgroeid. De organisatie is dan ook verheugd om de aanstaande verhuizing naar een veel grotere faciliteit op het Kennispark in het komende jaar aan te kondigen.
De nieuwe locatie biedt niet alleen veel meer ruimte dan het bestaande pand op de derde verdieping in de Horsttoren op de UT; het biedt ook belangrijke mogelijkheden om de zichtbaarheid in de regio te vergroten. Het belangrijkst is dat er op de nieuwe locatie een eigen ingerichte testfaciliteit komt voor het demonstreren van geavanceerde Industry 4.0- oplossingen aan de industriepartners.
De nieuwe locatie is ook symbolisch: de locatie – recht tegenover de hoofdingang van de universiteitscampus – laat zien dat het Fraunhofer Project Center nog steeds een integraal onderdeel is van de Universiteit Twente, terwijl er ook verbinding wordt gemaakt met de industrie en de omgeving daarbuiten.
De komende jaren gaat het centrum ook op zoek naar nieuwe manieren om studenten te integreren in de organisatie en hun de mogelijkheid te bieden zich verder te ontwikkelen door mee te werken aan industriële projecten. De verwachting is dat ze uitgroeien tot een team van ongeveer 40 fulltime medewerkers, om zo sterkere samenwerkingen aan te kunnen gaan en van steeds meer waarde te kunnen zijn voor de gehele productiesector. En dat is nog niet alles – er zijn meer grote plannen voor het komende jaar, dus houdt het Fraunhofer Project Center in de gaten om op de hoogte te blijven!
Lees ook:
Dit artikel delen op je eigen website? Geen probleem, dat mag. Meer informatie.