Door: redactie - 13 december 2024 |
De Nederlandse industrie staat voor een uitdagende periode door oplopende loonkosten en een afnemende vraag. In 2024 daalde de productie met ongeveer 2,5 procent, terwijl de loonkosten flink bleven stijgen. Dit heeft directe gevolgen voor de winstmarges van industriële bedrijven, waarbij sommigen zelfs faillissementen niet konden voorkomen. Hoewel er in 2025 enig herstel wordt verwacht, blijft de toekomst onzeker door geopolitieke spanningen en de zwakke Duitse industrie.
Ondanks de productiekrimp is het aantal werknemers in de industrie nauwelijks gedaald. Bedrijven kozen ervoor om vast personeel te behouden, ook tijdens economisch zwakkere perioden, ondanks de stijgende loonkosten. Dit heeft deels te maken met de vergrijzing en het tekort aan technisch geschoold personeel. Tijdelijke krachten, zoals oproep- en uitzendkrachten, werden echter aanzienlijk minder ingezet. Daarentegen is het aantal vaste contracten toegenomen, wat ogenschijnlijk wijst op een strategische keuze om personeel op lange termijn te behouden.
Zelfstandigen spelen een beperkte rol binnen de industrie. Slechts 5 procent van het totale personeelsbestand bestaat uit zzp’ers, wat aanzienlijk lager is dan het nationale gemiddelde van 14 procent. De kapitaalintensieve aard van de sector en de gestroomlijnde productieprocessen maken vaste contracten aantrekkelijker. Voor specialistische kennis, zoals IT of interim-management, worden echter wel veel zzp’ers ingehuurd. Strengere regelgeving rond schijnzelfstandigheid kan bedrijven ertoe dwingen om vaker tijdelijke arbeidscontracten aan te bieden.
De internationale handel blijft een belangrijke onzekerheidsfactor. De aangekondigde importheffingen door Donald Trump op Europese producten, mogelijk oplopend tot 20 procent, kunnen een aanzienlijke impact hebben op de export van Nederlandse industriële goederen. Eerdere onderhandelingen tussen de Verenigde Staten en de Europese Unie tonen echter aan dat dergelijke heffingen vaak minder streng worden toegepast dan aanvankelijk aangekondigd. Toch blijft het risico op handelsontwrichtingen bestaan, vooral als China ook betrokken wordt bij handelssancties. Importheffingen kunnen ook leiden tot hogere loonkosten, wat de concurrentiepositie van Nederlandse bedrijven beïnvloedt.
Naast de uitdagingen biedt de dalende rente in 2025 kansen voor de industrie. Lagere financieringskosten kunnen de vraag naar kapitaalintensieve goederen, zoals machines en bouwmaterialen, stimuleren. Voorbeelden hiervan zijn de producten van ASML, waar in 2024 nog sprake was van een daling in de vraag. Naar verwachting zullen de sterk groeiende behoeften aan chips voor kunstmatige intelligentie in 2025 bijdragen aan een opleving in de vraag.
Toch blijven energie-intensieve sectoren, zoals de chemische industrie en de basismetaalindustrie, geconfronteerd met hoge energietarieven. Dit vormt een bijkomende uitdaging, zelfs in een periode van economisch herstel met hogere loonkosten. Ondanks deze hindernissen wordt er voor 2025 een groei van 4 procent in de industrie verwacht, mede dankzij een wereldwijd herstel en toenemende investeringen.
Hoewel 2025 kansen biedt voor de industrie, blijven de stijgende loonkosten en geopolitieke onzekerheden belangrijke aandachtspunten. Bedrijven moeten blijven innoveren en strategisch plannen om concurrerend te blijven. Met het oog op technologische ontwikkelingen, zoals kunstmatige intelligentie, kan de sector profiteren van nieuwe marktmogelijkheden, mits deze uitdagingen effectief worden aangepakt.
Dit artikel delen op je eigen website? Geen probleem, dat mag. Meer informatie.