Door: redactie - 1 juli 2025 |
Collaboratieve robots (cobots) hebben de maakindustrie ingrijpend veranderd. Volgens een analyse van IDTechEx zal de markt groeien van 1,2 miljard dollar in 2023 naar 29,8 miljard dollar in 2035, met een jaarlijks groeipercentage (CAGR) van 34,5%. In tegenstelling tot traditionele industriële robots, die om veiligheidsredenen in afgeschermde omgevingen opereren, werken cobots zij aan zij met mensen. Dit zorgt voor meer flexibiliteit en minder stilstand. Deze verschuiving sluit aan bij Industrie 5.0, waarin de samenwerking tussen mens en machine, personalisatie en slimme fabrieken centraal staan – aangedreven door kunstmatige intelligentie (AI), machine vision en reshoring-trends (een beweging die onder de regering-Trump werd aangemoedigd). Het onderzoeksrapport van IDTechEx, “Collaborative Robots 2025-2045: Technologies, Players, and Markets”, beschrijft de technische, commerciële en regelgevende factoren en barrières rond cobots.
Industrie 5.0 legt de nadruk op samenwerking tussen mens en robot, en gaat daarmee verder dan de automatiseringsfocus van Industrie 4.0. Cobots maken dit mogelijk door nauwkeurige en snelle taken uit te voeren, terwijl mensen verantwoordelijk blijven voor besluitvorming en maatwerk. In de auto-industrie hebben bedrijven als BMW en Ford cobots geïntegreerd in hun assemblagelijnen. Dit heeft geleid tot 20% kortere cyclustijden en 15% lagere operationele kosten. Ook in de elektronica (zoals microchipassemblage en wafertransport), voedingsmiddelen- en drankenindustrie (zoals verpakking) en gezondheidszorg (zoals laboratoriumautomatisering) groeit het gebruik van cobots snel. Meer dan 60% van de wereldwijde cobot-implementaties vindt plaats in deze sectoren. In 2025 worden wereldwijd naar verwachting 73.000 cobots verscheept, een stijging van 31% ten opzichte van 2024.
Machine vision is belangrijk voor cobots, omdat het zorgt voor realtime objectherkenning en aanpassing aan de omgeving. Hoogwaardige RGB- en time-of-flight (ToF)-camera’s, zoals die in de cobots van TM Robot, leveren 2D- en 3D-data met een objectherkenningsnauwkeurigheid van 95% en een dieptemeetfout onder de 10%. In de elektronica-industrie inspecteren cobots met vision-systemen microchips, wat het aantal defecten met 30% vermindert vergeleken met menselijke inspectie. ToF-sensoren maken gedetailleerde dieptekaarten, waarmee complexe taken zoals 3D-oppervlakte-inspectie en botsingsvermijding mogelijk worden. Voor mobiele cobots worden vision-systemen gecombineerd met lidar- en ultrasone sensoren, wat zorgt voor veilige navigatie in dynamische omgevingen met reactietijden onder de 100 milliseconden.
AI vergroot het beslisvermogen en de interactie van cobots. Deep learning-algoritmen, getraind op datasets van meer dan 10.000 beelden, maken het mogelijk dat cobots diverse objecten herkennen met een nauwkeurigheid van 98%. Dit is cruciaal voor bijvoorbeeld magazijnautomatisering, waar items elkaar vaak overlappen. Natural Language Processing (NLP) stelt cobots in staat verbale opdrachten te verwerken, al vermindert fabrieksgeluid de nauwkeurigheid met zo’n 15% (MIT, 2025). Geavanceerde AI-platformen, zoals Nvidia’s Jetson, verwerken 1 TB/s aan sensordata, wat realtime workflows en voorspellend onderhoud mogelijk maakt. Hierdoor daalt de stilstandtijd met 25% (Nvidia, 2024). Het PolyScope X-platform van Universal Robots, dat gebruikmaakt van Nvidia’s Isaac-libraries, ondersteunt taken zoals autonome padplanning, met 40% efficiëntere uitvoering.
De technologische vooruitgang bij cobots komt vooral door modulaire hardware- en software-upgrades, en minder door nieuwe fysieke ontwerpen. Sensoren zoals camera’s, ToF en lidar kosten tussen de 500 en 2.000 dollar per stuk. Nvidia Jetson-modules (400–1.200 dollar) leveren de rekenkracht voor AI-taken. Modulaire eindgereedschappen (EoAT), met prijzen tussen 1.000 en 5.000 dollar, maken taakspecifieke aanpassingen mogelijk, zoals precisiegrijpers voor medische toepassingen. Softwareplatformen zoals PolyScope van Universal Robots optimaliseren dataverwerking en verminderen de vertraging met 30% voor realtime toepassingen. Dankzij deze innovaties kunnen cobots snel in bestaande productielijnen worden geïntegreerd, met installatietijden van slechts 2–4 uur.
De groei van de cobotmarkt wordt gedreven door kostenbesparing en flexibiliteit. Eén cobot, met een prijs tussen 20.000 en 40.000 dollar, levert gebruikers doorgaans binnen 12 tot 30 maanden rendement op. Ter vergelijking: bij traditionele robots ligt dit op 36 tot 60 maanden. Vanwege hun gecontroleerde productieomgevingen lopen de elektronica- en auto-industrie voorop in adoptie en zijn samen goed voor 55% van de markt. De reshoring-trend, vooral in de VS en EU, stuwt de vraag verder op. Tegen 2030 is het plan van 70% van de fabrikanten om cobots te integreren om arbeidskosten te drukken, die gemiddeld 25 dollar per uur bedragen in ontwikkelde markten. Deze trend versnelt de overstap naar cobots. Meer details vind je in het rapport “Collaborative Robots 2025–2045: Technologies, Players, and Markets” van IDTechEx.
Dit artikel delen op je eigen website? Geen probleem, dat mag. Meer informatie.