Door: Erik de Jong (Advercom) - 9 februari 2024 |
In de hedendaagse mondiale economie is een doordacht industriebeleid van groot belang. Voor Nederland is dit niet anders. Recentelijk heeft de demissionair minister van Economische Zaken en Klimaat Micky Adriaansens, uitgebreid gesproken over de uitdagingen en kansen binnen het Nederlandse industriebeleid, met een specifieke focus op technologische innovatie.
Adriaansens heeft een duidelijke visie voor de komende tien jaar. Ze stelt dat Nederland verder moet gaan dan alleen het creëren van gunstige voorwaarden voor bedrijven door middel van goed onderwijs en infrastructuur. In een recent gesprek op het ministerie gaf Adriaansens aan dat Nederland zich moet focussen op gebieden waar het daadwerkelijk een verschil kan maken. Dit houdt in dat er keuzes gemaakt moeten worden, iets waar Nederland volgens haar in het verleden niet altijd even goed in is geweest.
De focus ligt op de ontwikkeling van tien sleuteltechnologieën die de basis moeten vormen voor toekomstige Nederlandse industriële kampioenen. Deze technologieën omvatten onder andere brandstofcellen, kunstmatige intelligentie (AI), en robotica. Het doel is niet alleen het behouden van banen en welvaart, maar ook het verminderen van afhankelijkheid van andere landen.
Deze aanpak maakt deel uit van de ‘Nationale Technologiestrategie’, een stap in de richting van een actiever industriebeleid. Vorig jaar werd al een industrienota gepresenteerd waarin financiële steun werd beloofd voor de verduurzaming van de maakindustrie. Ook werd een economisch veiligheidsfonds van 100 miljoen euro opgericht en de Wet veiligheidstoets investeringen, fusies en overnames geïntroduceerd, om te voorkomen dat strategisch belangrijke kennis en bedrijven in buitenlandse handen vallen.
Het onlangs gepubliceerde technologieplan toont echter ook een zorgwekkende realiteit. Nederland investeert namelijk al jaren structureel te weinig in onderzoek en ontwikkeling. Dit heeft geresulteerd in een laag percentage wetenschappelijke publicaties over strategische technologieën zoals AI en kwantumtechnologie. Ook is Nederland gedaald in de wereldwijde ranglijst van innovatieleiders en is er een tekort aan kapitaal voor start-ups en technisch personeel.
Adriaansens geeft aan dat de Nederlandse economie weliswaar goed lijkt te draaien, maar dat er onderliggende problemen zijn zoals schaarste op verschillende gebieden: kapitaal, fysieke ruimte, energie, personeel en netcapaciteit. Daarnaast spelen geopolitieke ontwikkelingen een rol, die invloed hebben op de wereldhandel en Nederland als handelsland bijzonder raken.
Een concreet voorbeeld van de uitdagingen waar Nederland mee te maken heeft in het industriebeleid, is de kwestie rondom exportvergunningen voor ASML. Nederland bevindt zich vaak in een lastige positie tussen afnemer China en de Verenigde Staten. Laatstgenoemde legt namelijk beperkingen op aan de uitvoer van hoogwaardige technologie naar China.
De balans tussen het beschermen van technologie en het niet te veel afremmen van bedrijvigheid is een grote uitdaging. Adriaansens benadrukt dat Nederland, in tegenstelling tot de Verenigde Staten, niet streeft naar volledige ontkoppeling van technologische relaties met landen zoals China.
Adriaansens wijst tevens op de oneerlijke praktijken van sommige landen op het gebied van staatssteun en subsidies. Ze geeft het voorbeeld van Frankrijk en Duitsland die ruimere compensatieregelingen en subsidies bieden. Tegelijkertijd zijn er strengere eisen voor Nederlandse bedrijven, zoals de CO₂-heffing bovenop het Europese emissiehandelssysteem.
De demissionair minister onderstreept het belang van een rol in sleuteltechnologieën zoals biotechnologie, verduurzaming en AI. Deze technologieën zijn van vitaal belang voor de toekomst. Nederland moet zorgen dat het een onmisbare schakel wordt in deze sectoren. Dit vereist echter aanzienlijke investeringen in onderzoek en ontwikkeling.
In een wereld waarin niet iedereen dezelfde regels volgt, is het traditionele liberale beleid van louter onderhoud van het ‘speelveld’ niet voldoende. Adriaansens geeft aan dat er keuzes gemaakt moeten worden en dat de overheid een actievere rol moet spelen in het stimuleren van bepaalde technologieën.
De vraag rijst of Nederland kan concurreren met landen zoals de VS, Frankrijk en Duitsland. Deze landen verstrekken enorme subsidies voor de ontwikkeling van bijvoorbeeld chip- en batterijfabrikanten. Adriaansens erkent deze uitdaging en pleit voor een gerichtere focus en het vrijmaken van meer middelen.
Hoewel Europese processen soms traag zijn, ziet Adriaansens kansen in bilaterale overeenkomsten en gezamenlijke financiering voor technologische ontwikkeling. Ze wijst bijvoorbeeld op het belang van het gerichter gebruiken van bestaande Europese fondsen. Daarnaast pleit zij voor meer transparantie in de EU-regelingen.
Adriaansens is van mening dat Nederland een inhaalslag moet maken op gebieden zoals AI en cybersecurity. Deze technologieën zijn essentieel voor de toekomst en Nederland moet voorkomen dat het achterop raakt. Daarnaast moet Nederland kapitaliseren op zijn leiderschap in de halfgeleiderindustrie.
Er is druk vanuit de energie-intensieve industrie op het Nederlandse industriebeleid vanwege de hoge energiekosten. De demissionair minister wijst op de unieke maatwerkafspraken die al zijn gemaakt en de noodzaak voor lange termijn investeringen in verduurzaming. Ze onderstreept het belang van de industrie en de noodzaak voor vertrouwen in deze sector.
Het is duidelijk dat het Nederlandse industriebeleid voor aanzienlijke uitdagingen staat. De balans tussen bescherming van technologie, stimulering van bedrijvigheid, en het concurreren op internationaal niveau vereist een proactieve en doordachte benadering. Adriaansens’ visie op het industriebeleid toont een duidelijke richting voor de toekomst. Hierbij staan samenwerking, innovatie en een strategische focus centraal. Voor Nederland als handelsnatie is dit van groot belang om zijn positie in de wereld van technologische innovatie te behouden en verder uit te bouwen.
Dit artikel delen op je eigen website? Geen probleem, dat mag. Meer informatie.